Beschrijving van het winkelcomplex van de firma A. Bots te Nieuwkoop

Deze beschrijving bestaat uit twee delen:
  1. complexbeschrijving van de panden Dorpsstraat 80, 82, en de tegenoverliggende panden 119 en 121.
  2. beschrijving per pand

De beschrijvingen zijn opgesteld door het Adviesbureau MSP.

1. Complex beschrijving

In 1911 gaf Albertus Joannes Petrus Bots opdracht aan Jan Kuyt Wnz voor het ontwerp van een winkel. In 1912 is deze winkel gebouwd (Dorpsstraat 121). Hierbij werd het woonhuisgedeelte van een voormalige laat-17e eeuwse, vroeg-18e eeuwse boerderij vervangen. De winkel is gebouwd in een vrij sobere trant van de Overgangsarchitectuur met verwijzingen naar de Art Nouveau. De architect Jan Kuyt heeft vooral landelijke bekendheid gekregen doordat hij als huisarchitect voor het warenhuisconcern van Vroom & Dreesmann in de jaren 1920 en 1930 een belangrijke rol heeft gespeeld bij de vormgeving van hun warenhuizen. Met veel aandacht voor detail ontwierp hij in totaal 11 warenhuizen. Een belangrijk element daarbij was steeds de aanwezigheid van een lichthal, die ook in Nieuwkoop is toegepast. Zowel het ex- als interieur van de Nieuwkoopse winkel bevinden zich vrijwel geheel in oorspronkelijke staat. Vrijwel alle vaste stellingkasten en toonbanken stammen uit de bouwtijd. Ook de lichtkap en de oorspronkelijke kleurstelling van de diverse onderdelen zijn nog authentiek.
Het resterende deel van de voormalige boerderij is inwendig verbouwd tot kantoorruimten met ondermeer gehoute wanden en plafonds. Het bijbehorende 17e eeuwse bakhuisje, waar de diverse keukenonderdelen nog aanwezig zijn, was hoofdzakelijk bestemd voor opslag.

De tegenover gelegen laat-17e dan wel vroeg 18e eeuwse, in oorsprong een schuur in traditionele ambachtelijke trant (Dorpsstraat 80), kwam omstreeks 1911 in gebruik als opslag voor de winkel en deels als slijterij van de firma A. Bots. Hiertoe is tegen de voorgevel, omstreeks 1911-1912 een nieuwe voorgevel aangeklampt, waarbij het rechter deel een etalageruit kreeg.

De naast gelegen schuur (Dorpsstraat 82) dateert uit het laatste kwart van de 19e eeuw en heeft vooral een opslagfunctie voor de winkel van firma A.Bots.

Het laat-19e eeuwse bedrijfspand (Dorpsstraat 119) maakt eveneens deel uit van de firma A. Bots. Het is in de periode 1920 - 1975 in gebruik geweest als snoepjesfabriek. Het pand heeft een duidelijke functionele relatie met het aangrenzende pand Dorpsstraat 121.

2. Beschrijving per pand

2a. Het pand Dorpsstraat 121

terug naar complex beschrijving


2a1. Beschrijving

Samengesteld vrijstaand pand uit meerdere bouwperioden, waarvan het voorste het eigenlijke winkelgedeelte is. Dit twee bouwlagen tellende hoofdvolume met plat dak heeft een vrijwel vierkante plattegrond met aan de linkerzijde een smaller, onderkelderd bouwvolume.
Het middelste deel - het kantoorgedeelte -, dat veel smaller en kleiner is, telt één bouwlaag onder een aan de achterzijde afgewolfd rieten zadeldak met gesmoorde nokvorsten. De nokrichting hiervan staat haaks op de weg. Aan de rechterzijde bevindt zich een kleine uitbouw onder steekkap met gesmoorde Hollandse pannen. Het kleine door een zadeldakje met rode (deels ook gesmoorde) Hollandse pannen gedekte voormalige bakhuisje heeft eveneens de nokrichting haaks op de weg en ligt rechts van het midden. het is door een smal tussenlid met het middelste (boerderij)deel verbonden.
Het hoofdvolume is opgetrokken uit grauwe baksteen (kruisverband) met strekken boven de vensters, die voorzien zijn van zandstenen aanzet- en sluitstenen. Alle vensters zijn voorzien van schuiframen, deels uitgevoerd met achtruitsbovenlichten (erker: vierruits) en voorzien van gekleurd glas-in-lood met een houten op gootklossen rustende overstekende gootlijst. Stoeptrede, lekdorpels en plint zijn van hardsteen, waarbij de vrij hoge plint is uitgevoerd met een profiel.
De langsgevel aan de voorzijde heeft een relatief hoge begane grond, waarbij begane grond en verdieping van elkaar gescheiden door een rollaag boven de winkelpui en in de zijgevels doorloopt. Het linker is twee venstereenheden breed en wordt door lisenen met zandstenen sierblokken afgesloten, waarvan de cirkelvormige bekroningen met rozetmotief de gootlijst doorbreken. Onder de rollaag is de gevel versierd door een fries met blokrandmotief, dat ook is toegepast onder de gootlijst van de voorgevel en de boeiborden van de zijgevels. Het symmetrisch opgezette rechter deel is iets breder en heeft op de begane grond over de volle gevelbreedte een winkelpui, die aan de rechterzijde gedeeltelijk doorloopt. In het midden bevindt zich een entreeportiek met licht getoogde glazen originele teakhouten entreedeur met koperen stang; aan weerszijden ervan grote etalageruiten en in totaal tien smalle bovenlichten met geometrisch, decoratief gekleurd glas-in-lood, een variant op de strakke latere Art Noveau. In het midden op de verdieping bevindt zich een driezijdig gesloten erker, die wordt geaccentueerd door een door de gootlijst stekend verhoogd gedeelte, afgedekt door een natuurstenen spiegelboog. Het is verlevendigd met ruitvormig metselwerk, dat ook onder een deel van de vensters voorkomt. In de linker zijgevel, die wordt afgesloten door hoeklisenen, bevinden zich twee zesruits keldervensters met getordeerde diefijzers. De gepleisterde achtergevel heeft een gangdeur met een dubbel zesruits bovenlicht. De middelste laat 17e/vroeg 18e-eeuwse bouwvolume is opgetrokken in rode baksteen (kruisverband) met rollagen boven deuren en vensters. In de linker langsgevel bevinden zich twee negenruitsschuiframen met roedenverdeling en luiken, in de rechter  één. In de gedeeltelijk vernieuwde achtergevel zitten restanten van vlechtingen en bevindt zich rechts van het bakhuisje eveneens een schuifraam met luiken en is op het midden op de verdieping een smal teinruitsschuifraam geplaatst. Het uitgeboude gedeelte, rechts, is deels opgetrokken in gele ijsselsteen (kruisverband); de linker zijgevel in grauwe baksteen. De kopgevel, een met een rollaag afgedekte tuitgevel, heeft links een spaarveld en op de verdieping twee vierruits openslaande kleine ramen. De linker zijgevel heeft een negenruitsschuifraam, de rechter een vijftienruits.
Het 17e-eeuwse bakhuisje is opgetrokken in rode baksteen (kruisverband), deels ook halfsteens) met rolagen boven de deuren en vensters. De linker langsgevel heeft tweedelig houten opgeklampte houten deur, in het rechter bevindt zich één schuifraam met luiken. De achtergevel is een tuitgevel met schouderstukken en vlechtingen langs de dakrand en is voorzien van een schoorsteen op de nok.

2a2. Interieur

Het winkelpand is toegankelijk middels een door etalagekasten geflankeerd portiek, dat leidt naar het eigenlijk winkelgedeelte, dat voorzien is van een vide met omgaande galerij (bestemd voor verkoop en als magazijn. en in het midden een daklicht. De vide wordt ondersteund door twee tot het dak doorlopende kolommen op relatief hoge basementen.
Eenvoudige planken vloeren en zolderingen en tegen het merendeel van de wanden vaste, bijna tot het plafond doorlopende, stellingkasten met planken, laden en schuifdeuren, deels voorzien van glas.
Daarnaast bevinden zich ondermeer langgerekte houten toonbanken )deels met lessenaar), oorspronkelijk radiatoren, uitgebouwde etalagekasten. Rechts van het midden tegen de achterwand een houten scheluwe trap met kwarten en halverwege een bordes, vanwaar de deur toegang geeft tot de personeelskamer in het middengedeelte.
Vrijwel al het houtwerk heeft nog de oorspronkelijke kleurstelling, die ondermeer bij de lichtkap is uitgevoerd met decoratief gestileerde florale motieven (vergelijkbare met de glas-in-loodbovenlichten).
Trap en vide hebben houten balustrade met smalle dubbele spijlen en massieve balusters met afgeronde top, voorzien van geschilderd eenvoudig snijwerk. Links een smalle gang met aan de rechterzijde stellingkasten en aan het einde een privaat. Van hieruit door middel van een roedenverdeelde schuifdeur de entree naar het zijgedeelte (oorspronkelijk bestemd voor de confectie). Hier zijn ondermeer vermeldenswaard de entree naar de kelder, het eenvoudige stucplafond, de stellingkasten en twee (later aangebrachte) paskamers.
Een deel van de voormalige boerderij, eveneens voorzien van planken vloeren, is ingericht met twee kantoorruimten, uitgevoerd met gehoute wanden en plafonds, welke laatste voorzien zijn van een decoratief patroon. In deze ruimten ondermeer bedsteden en getoogde nissen voor onder andere een brandkast.

2a3. Waardering

Het pand is van algemeen cultuurhistorisch  belang als representatief voorbeeld van een vrij omvangrijk, niet-stedelijke kruidenierswinkel, annex kleding- en fourniturenwinkel uit het eind van de 19e en het begin van de 20e eeuw.
Het pand is architectuurhistorisch van algemeen belang vanwege de plaats die het inneemt in het ouevre van Jan Kuyt, als voorloper van de grote warenhuizen, waarmee hij landelijke bekendheid heeft gekregen. Het is bovendien van belang vanwege de ontwerpeenheid van in- en exterieur en vanwege de herkenbare typologie met vide, een nieuwe ontwikkeling in de winkelarchitectuur aan het begin van de 20e eeuw.
De bouwkundige onderdelen zijn bouwhistorisch  waardevol en in het bijzonder het winkelgedeelte is uitzonderlijk gaaf in hoofdvorm, materiaalgebruik en detaillering van zowel exterieur als interieur met de daarbijbehorende interieuronderdelen. Dergelijke uitzonderlijk gave en complete winkelpanden van dit type zijn zeer zeldzaam in ons land.
Het pand bezit een hoge ensemblewaarde door de onderling ruimtelijke en functionele samenhang tussen de verschillende complexonderdelen.
Het neemt stede bouwkundig een bijzondere plaats in doordat het onderdeel is van een sluiscomplex dat de noord-oostelijke entree van het dorpscentrum van Nieuwkoop bepaalt.

2b. Het pand Dorpsstraat 119

terug naar complex beschrijving


2b1. Beschrijving

Langgerekt, uit meerdere bouwdelen bestaand vrijstaand pand, opgebouwd uit een begane grond en dakverdieping, waarvan de noklijn haaks staat op de straat. Het voorste bouwvolume staat onder een afgewolfd geknikt zadeldak met gesmoorde Hollandse pannen. Het is opgetrokken uit grauwe baksteen (fijngevoegd kruisverband), waarbij de vensters en blindnissen worden gedekt door strekken. De plint is gepleisterd, terwijl voor neuten en lekdorpels hardsteen is gebruikt.
De voorgevel is een symmetrisch ingedeelde lijstgevel met over de volle gevelbreedte een houten winkelpui, geleed door pilasters met verdiepte velden en corintische kapitelen, die een hoofdgestel dragen. In het midden bevindt zich een dubbele tweeruits paneeldeur met bovenlicht, geflankeerd door pilasters. Aan weerszijden hiervan bestaan de gedeeltelijk afgetimmerde etalages uit zesruits benedenramen en drieruitsbovenlichten. Op de verdieping bevindt zich in het midden een zesruits schuifraam met aan weerszijden een blindnis. Links van de voorgevel een houten poort met dubbele deur en een latei in de vorm van een architraaf met guttae.
In de linker zijgevel bevinden zich enkele vensteropeningen, waaronder een negenruitsschuifraam en in de rechter ondermee een deur. De in het verlengde van het voorste bouwvolume gelegen delen, worden respectievelijk gedekt door een geknikt zadeldak met gesmoorde platte Friese pannen en een zadeldak met gesmoorde Hollandse pannen.
In het interieur bevindt zich ondermeer een schouw met oven en ketels en op een rails een ijzeren pers en mal voor babbelaars

2b2. Waardering

Het pand is van algemeen architectuur- en cultureel historisch belang als representatief voorbeeld van een niet-stedelijk winkel/bedrijfspand met een neo-renaissance winkelpui uit het laatste kwart van de 19e eeuw. Het is bovendien van belang voor de sociaal-economische historische ontwikkeling van Nieuwkoop.
Het is cultuurhistorisch van algemeen belang als een bijzonder en vrij zeldzaam voorbeeld van een kleine snoepfabriek uit het begin van de 20e eeuw, welke voor een groot deel nog in tact is.
Het is van belang vanwege functionele en visuele relatie met het aangrenzende, van rijkswege beschermswaardige winkelcomplex Dorpsstraat 80, 82, 121.
Het is van stedebouwkundig belang doordat het als sluiscomplex mede de entree van het dorpscentrum van Nieuwkoop bepaalt. 

2c. Het pand Dorpsstraat 80

terug naar complex beschrijving

2c1. Beschrijving

Vrijstaande eenvoudige rechthoekige schuur uit meerdere bouwperioden onder een, aan de achterzijde afgewold, rieten zadeldak met gesmoorde nokvorsten, uit meerdere bouwperioden. Het uit rode baksteen (kruisverband) opgetrokken gebouw heeft vlechtingen langs de dakrand van de beide kopgevels en rond- en segmentbogen boven de deur- en vensteropeningen. De rondboogvormige vensters hebben een ijzeren roedenverdeling.
De opgeklampte voorgevel is opgetrokken van grauwe baksteen (kruisverband). In het midden bevindt zich een rondboogvormig venster met links een segmentboogige opgeklampte dubbele deur en links een samengestelde houten deurpartij met boven - en zijlichten voor het winkelgedeelte. Op de verdieping bevindt zich, evenals in de kopgevel aan de achterzijde, een rondboogvormig venster. Aan weerszijden van een rondboogvormige deur in de linker zijgevel en de rechterzijgevel komen eveneens rondboogvormige vensters voor.
Het winkelgedeelte heeft nog de oorspronkelijke indeling met kastenwand en toonbank.

2c2. Waardering

De schuur is van algemeen cultuurhistorisch belang vanwege de functie en de ensemblewaarde met de naastgelegen schuur en de tegenovergelegen bijbehorende winkel.
De schuur is architectuurhistorisch van belang vanwege de herkenbare vormgeving als opslagruimte. De schuur is vrij gaaf wat betreft hoofdvorm, detaillering en materiaalgebruik.
De schuur bezit een hoog ensemblewaarde door de onderlinge ruimtelijke en functionele samenhang tussen de verschillende complexonderdelen.
Het neemt stedebouwkundig een bijzondere plaats in, doordat het onderdeel is van een sluiscomplex dat de noordoostelijke entree van het dorpscentrum van Nieuwkoop bepaalt.

2d. Het pand Dorpsstraat 82

terug naar complex beschrijving


2d1. Beschrijving

Vrijstaande, eenvoudige rechthoekige schuur onder een zadeldak met rode en gesmoorde Hollandse pannen. De nokrichting staat haaks op de straat. De schuur is opgetrokken uit rode baksteen (kruisverband; geveltop achterzijde halfsteens) en heeft een gepleisterde plint. De beide kopgevels zijn puntgevels, voorzien van windveren, waarbij die aan de voorzijde voorzien zijn van decoratief snijwerk en een topmakelaar.
De symmetrisch ingedeelde voorgevel heeft in het midden een iets verbrede dubbel openslaande deur. Op de verdieping in het midden een opgeklampt luik met keperboogvormige bovenlichten, voorzien van straalsgewijze roedenverdeling en decoratieve pinakels. De linker zijgevel heeft een segmentboogvormig venster. De achtergevel heeft in de geveltop een ijzeren roosvenster.

2d2. Waardering

De schuur is van algemeen cultuurhistorisch belang vanwege de ensemblewaarde met de naastgelegen schuur en de tegenovergelegen bijbehorende winkel. De schuur is vrij gaaf wat betreft hoofdvorm, detaillering en materiaalgebruik.
De schuur bezit een hoog ensemblewaarde door de onderlinge ruimtelijke en functionele samenhang tussen de verschillende complexonderdelen.
Het neemt stedebouwkundig een bijzondere plaats in doordat het onderdeel is van een sluiscomplex dat de noordoostelijke entree van het dorpscentrum van Nieuwkoop bepaalt.